AANTALARG
Telt het aantal niet-lege cellen en de waarden in de argumentenlijst.
Gebruik AANTALARG om het aantal cellen met gegevens vast te stellen in een bereik of een matrix.
Met de functie AANTALARG worden cellen geteld die elk type informatie bevatten, inclusief foutwaarden en lege tekenreeksen (“”). Ook als het bereik een formule bevat die als resultaat een lege tekenreeks geeft, wordt die waarde met de functie AANTALARG geteld. Met de functie AANTALARG worden geen lege cellen geteld.
Als u geen logische waarden, tekst of foutwaarden wilt tellen (als u dus alleen cellen wilt tellen die getallen bevatten), gebruikt dan de functie AANTAL.
Als u alleen cellen wilt tellen die aan bepaalde criteria voldoen, gebruikt u de functie AANTAL.ALS of de functie AANTALLEN.ALS.